Dart en de Javascriptsoep
De afgelopen dagen heb ik even goed gekeken naar Dart. Deze taal moet als het aan Google ligt in de komende jaren Javascript gaan vervangen als dominante clienttaal voor het web.
Webdevelopers zijn veelpotige wezens. Voor een gemiddeld project maak ik al gauw gebruik van een halfdozijn talen. Html en CSS voor de clientweergave. Javascript (en tegenwoordig vaak Coffeescript) voor rijke webapplicaties. Aan de serverzijde gebruik ik veel PHP (soms Java) met regelmatig een extra taal voor templating, zoals Smarty, of (in het geval van Typo3) Typoscript. Voor de database gebruik ik daar boven op uiteraard SQL en soms PL/pgSQL voor stored procedured.
Zonder talenknobbel kom je niet ver als webprogrammeur en om eerlijk te zijn kijk ik wel eens met milde jaloezie naar collegaprogrammeurs die hun dagen in een wereldje van puur Java of C++ doorbrengen. Maar ik ben ook wel dol op de razendsnelle iteratie van technologie van het web. Bovendien maak ik tegenwoordig steeds meer mobiele apps ook met webtechnieken (dankzij Cordova/Phonegap en goede ondersteuning voor CSS3/HTML5 in webkit). Wat ik erg graag wil is een taal die client en serverside met elkaar verbindt, waardoor het mogelijk is om iets meer analoog aan de prototypische J2EE-developer binnen één taal en programmeeromgeving te leven.
Dankzij recente ontwikkelingen is het vrij onvermijdelijk dat ik over een paar jaar aan server- en clientside dezelfde taal gebruik. Node.js is extreem hip (Javascript op server), in de Haskell hoek gebeuren er allerhande interessante dingen (Yesod/Fay/Happstack) en ook talen als Opa krijgen volop aandacht.
Het probleem met de enorme wirwar aan nieuwe webtalen is dat het moeilijk in te schatten is wat uiteindelijk succesvol gaat worden. Hoe waanzinnig mooi de ontwikkeling van nieuwe talen ook altijd zijn, uiteindelijk draait het om adoptie daarvan.
Haskell is bijvoorbeeld erg academisch en in tegenstelling tot wat veel Haskellfans je zullen zeggen, tamelijk moeilijk te leren. Er is een enorme lijst van talen die gefundeerd zijn op Javascript, maar denk je serieus dat iedereen over een paar jaar Opa, of Objective-J gebruikt? De adoptie van zulke talen is moeilijk en gefragmenteerd. Coffeescript is succesvol, omdat je het razendsnel oppikt en feitelijk niet meer is dan een mooi gepolijst syntaxlaagje. Alsof je hebt besloten slagroom op je appeltaart te nemen, het blijft uiteindelijk appeltaart.
Begrijp me niet verkeerd, ik vind Coffeescript prettig, maar het neemt niet het javascript probleem weg, namelijk dat de taal een rommeltje is. Tot 10.000 regels code zit ik daar niet zo mee, maar op het moment dat het echt heel groot wordt en moet schalen, dan wordt het lastig te managen. Natuurlijk zijn hier allerhande oplossingen voor zoals AngularJS, maar liever switch ik dan naar een andere taal.
Dart is een goede kandidaat. Op het eerste gezicht lijkt het erg op Java, niet erg sexy. Het is sterk gericht op object georiënteerd programmeren, maar heeft in tegenstelling tot Java wel de mogelijkheid om top-level functies toe te voegen. Harige zaken zoals multiple inheritance zijn vermeden en het heeft optionele static typing (nu al “feeble typing” gedoopt). Google is duidelijk erg pragmatisch te werk gegaan en heeft zoveel mogelijk geprobeerd een allemansvriend te maken. Je kunt dus wel raden wat voor een pissige reviews er zijn geweest, want er zijn weinig dingen die zoveel programmeurpedanterie kunnen veroorzaken als een nieuwe taal.
Ik ben zelf niet van het “code is poëzie kamp”. Zelfs de prachtigste stukken Scheme of Erlang zijn nog geen Leo Vroman en hoe elegant je ook functiecompositie kunt toepassen in Scala, het redt het niet bij de verzen van Vasalis.
Ik drijf af. Wat ik bedoel is dat je een programmeertaal een functioneel nut heeft, als een strijkijzer, en uiteindelijk niet te veel in de weg moet zitten. Het is handig als het snel op te pikken is en lijkt op reeds bekende programmeertalen. Het is mooi als de taal probeert te voorkomen dat de programmeur zichzelf of een ander makkelijk in de voet schiet en niet als een vervelende drill sergeant je dwingt regel na regel aan vervelende boilerplate code uit te poepen.
Dart voldoet hier aan. Je kunt er met grote teams mee werken, het moedigt een pragmatische en heldere stijl aan en het heeft een paar features die het leven van een webdev een stuk aangenamer maken.
Die belangrijkste features die mij zo in het oog springen zijn isolates en futures. Isolates zijn een Erlang-achtige elementen om concurrency te regelen aan de hand van afgezonderde beestjes die communiceren aan de hand van boodschappen. Isolates zijn zoals de naam al zegt geïsoleerd en delen dus geen thread. Als je Dart naar Javascript compiled dan worden ze geïmplementeerd aan de hand van web workers.
Futures zijn een handige manier om de enorme callbackkluwen een beetje te handelen.
Al met al ziet Dart er gewoon vrij goed uit. Het is een beetje de “Gilmore Girls” van de nieuwe webtalen, maar dat is expres en zou wel eens goed kunnen zijn voor de populairiteit. Ik zou er weinig bezwaar tegen hebben als ik over een paar jaar voornamelijk programmeer in deze taal, maar mijn milde mening is niet bepaald het ontvangst dat Google heeft gekregen.
Veel programmeurs zijn bang voor een ActiveX-achtig scenario. Dart zal vanwege de VM die Google in Chrome zal stoppen daar een eersteklas burger zijn en voorlopig op de andere browsers omgezet worden naar Javascript. Het lijkt me onrealistisch om te verwachten dat andere browserbakkers, hoe prettig de open source licentie van de VM dan ook is, dit zullen overnemen. Bovendien was de manier waarop Google destijds Dart (toen nog Dash genoemd) aankondigde niet de meest subtiele. Het zou een nieuwe standaard moeten worden en Javascript gaan vervangen.
Ik zie zelf weinig problemen in Javascript an sich. Het is geen mooie taal, maar het heeft nu de status bereikt van de bytecode van het web. Ik denk dat de push voor Dart als nieuwe taal een stuk eenvoudiger zou zijn als Google dat volledig had gerespecteerd. Maar goed, als ze maar voldoende programmeurs achter zich krijgen dan kunnen ze Dart natuurlijk tot nieuwe standaard máken. Dit is echter wel een staaltje powerplay dat de reus uit Redmond ondertussen niet meer aandurft. We zullen zien of deze hoogmoed Dart ten val brengt, of juist als nieuwe top dog boven op de webstack parkeert.